SN 09.28B Joh 2 WO-2

Johan Snoek - vervolg

SN 09.28B Joh 2 WO: brief aan kleindochter over geleende spulletjes; foto's van ' de spulletjes':  legitimatie LO; persoonsbewijzen Johan; Vrijstelling werk voor Duitsers 1944 en fietsvergunning maart 1945; Bevel om op arbeidsbureau te komen, voor werk in Duitsland; Blanko Aussweis, om zelf in te vullen; 

Joh 2  wo-2; Textielkaarten - (bonkaarten; distributie)

Pro Patria, ondergronds nieuwsblad Ede. 1944. Spreekbeurt van Juan mei 2012

Vragen en antwoorden over ' oom Hannes' 

 

 

2e wereldoorlog. 1940 - 1945  (vervolg)

Textielkaarten - (bonkaarten; distributie)

Uit Soms moet een mens Kleur bekennen - vban Johan M. Snoek :

Iedereen kreeg een distributie‑stamkaart die 14 nummers had. Een van die nummers werd maandelijks aangewezen en voor dat nummer kreeg je dan op het distributiebureau je bonkaart, die je nodig had voor diverse artikelen die “op de bon” kwamen.

Dat was voor brood en schoenen al heel gauw het geval; vet en andere levensmiddelen volgden. Vanaf 15 juli kreeg ieder een half pond boter, vet of margarine in de week. “Veel te weinig, maar nu krijgen we allemaal een eigen botervlootje; dan kan ieder zo dik of zo dun smeren als hij zelf wil”.

Begin augustus moesten alle textielzaken sluiten om te inventariseren. Het puntenstelsel voor textiel zou daarna in werking treden: 100 punten per half jaar. Het eerste kwartaal mocht ieder 40 punten besteden. Om een voorbeeld te geven: lakenkatoen kostte 10 punten per m2 en een knot wol vijf punten.

 

vechten voor vrijheid, oorlog en verzet op de Utrechtse Heuvelrug. Loek Caspers Uitg: Hilversum Verloren, 2007

Op 12 augustus 1940 was de textieldistributie

ingevoerd. Op de textielkaart zaten bonnetjes die punten genoemd werden. Om iets dat van textiel gemaakt was zoals een handdoek of een kledingstuk te kunnen kopen, moest dan een aantal punten ingeleverd worden. Het aantal punten was afhankelijk van de hoeveelheid gebruikt materiaal. Voor een bloesje had men tien punten nodig, voor een mantelpak vijftig en voor een herenpak bestaande uit jas, broek en vest zeventig. Men kon ook oude kledingstukken inleveren en hoefde dan maar de helft van het aantal punten te geven. De gebruikte kleren gingen naar maatschappelijke instellingen voor mensen die geen geld hadden om nieuwe kleren te kopen. Zij hoefden dan ook maar de helft van de benodigde punten te geven en kregen de kleren gratis. Er was ook een levendige ruilhandel. Gezinnen waren groter dan nu. Als een kind ergens uitgegroeid was, probeerde men een gezin te vinden met een kind, dat uit een grotere maat gegroeid was, terwijl er ook een kind was, dat de kleinere maat kon gebruiken.

 

Pro Patria, ondergronds nieuwsblad Ede. 1944

1944 Ondergronds nieuwsblad uit Ede, uitgegeven door Johan Snoek. Brigadegeneraal  J.W. Hackett schreef het militair commentaar erbij. Foto met toestemming van de webmaster afkomstig van   theirstheglory   (site bestaat niet meer)

Spreekbeurt van Juan mei 2012

(Juan is dan 12 jaar, hij is de zoon van Johans Geriater; Johan overleed 31-8-2012)

okt 2011. Antwoord op vragen over ' oom Hannes'  

De antwoorden - en de vragen vond ik op Johan's PC

De vragen vond ik opgeslagen op Johans PC (dd 8-10-2011)

1)        Ik las dat u in Wageningen woonde tijdens de Tweede Wereldoorlog. Op welk adres heeft u precies gewoond tijdens uw contacten met de fam. Bogaard?

2)      Hoe bent u precies in contact gekomen met de fam. Boogaard/Bogaard?

3)       Wat is precies de reden geweest waarom er intensief contact is gekomen tussen de fam. Bogaard en het verzet (LO) in de regio Bennekom.


 Volgens Mevrouw Metje van Dijk-Bogaard leverde u in de oorlog bedden en kleding aan de familie t.b.v. de onderduikers. Mevrouw van Dijk-Boogaard vertelde mij dat u eerst persoonlijk bent gaan kijken op de boerderij voordat er iets geleverd werd?
4)      Kunt u meer vertellen over de indruk die u heeft opgedaan toen u voor het eerst op de Boerderij van Boogaard kwam? (hoe was de sfeer, zag u onderduikers in het openbaar, hoe kwam de familie op u over, etc.)

Mevrouw van Dijk-Bogaard vertelde mij dat Oom Hannes regelmatig bonkaarten bracht naar U. Volgens haar zouden deze bonkaarten afkomstig zijn van de LO in Haarlem via Cor van Stam.
5)      Het bovenstaande staat in tegenstelling wat u zelf schrijft in uw boek “Soms moet een mens kleur bekennen”. Hier schrijft u juist: “Oom Hannes kreeg een tijd lang via ons zijn bonnen”
Mevrouw van Dijk-Bogaard vertelde mij ook dat ook zij zelf pakken met bonkaarten naar Bennekom/Doorn heeft gebracht omdat ze daar geen bonkaarten hadden?
Graag zou ik willen weten welk verhaal de juiste is?

6)      Hoe lang verbleef Oom Hannes (en/of Metje) in uw regio als de Bonkaarten uitgewisseld waren? Ging de bezorger direct terug of zaten daar een of meerdere overnachtingen aan vast?

7)       Mevrouw van Dijk-Bogaard vertelde ook dat ene heer Wesseling (als ik de naam goed schrijf?) met u samen gewerkt heeft en ook in contact stond met de fam. Bogaard. Kunt u meer vertellen over zijn rol binnen de relatie met de fam. Bogaard?
Eind 1943, na de inval bij Bogaard heeft Oom Hannes (volgens Mevrouw van Dijk-Bogaard) in Bennekom ondergedoken gezeten bij de fam. Willink (als ik de naam goed schrijf?)
8)       Hoe lang heeft Oom Hannes precies ondergedoken gezeten bij de Fam. Willink?

9)       Kunt u meer vertellen over de fam. Willink en hun verhouding met de fam.Bogaard?

10)     Op welk adres heeft Ook Hannes precies ondergedoken gezeten?

11)     Tijdens de onderduikperiode van Oom Hannes in Bennekom, heeft hij ook in het ziekenhuis in Wageningen gelegen. Weet u hier meer over te vertellen? Wat was bijvoorbeeld de reden van zijn ziekenhuisopname?   

12)     Bij de familie Willink zat ook een jongen van 10 maanden (Robbie) ondergedoken. Kunt u hier meer over vertellen?

13)     Stonden er nog meer mensen binnen uw regio in contact met de fam. Bogaard?

14)     Wat was de relatie van uw moeder, broer en zus met de fam. Bogaard?

15)     Hoe kijkt u zelf terug op de fam. Bogaard?

 

Antwoorden op de vragen van Vincent van Rijn inzake “oom Hannes”Bogaard.

Rotterdam, 11 oktober 2011.

  1. We woonden niet in Wageningen maar in Renkum, Dorpsstraat 53. Het pand is tijdens de slag om Arnhem verwoest.
  2. De heer Israël (schuilnaam: Bertus) Meijer te Schiebroek was vertegenwoordiger (“reiziger”) van een groothandel in dames modeartikelen (I. de Jong te Rotterdam). In die functie bezocht hij al voor de oorlog textiel detailhandelaars: zo ons in Renkum en Hesseling in Doorn. Toen de deportaties op grote schaal begonnen, doken Bertus en zijn vrouw Fie (meisjesnaam: Mogendorff) onder bij oom Hannes, waar familie van haar al was. Hun driejarig zoontje, Leo,  kwam bij ons.
  3. Toen het al gauw bij ons te gevaarlijk werd, heeft mijn broer Wim Leo naar de Bogaards gebracht, waar zijn ouders dus al waren. Dat was dus de reden van Wim’s bezoek, niet “om eerst persoonlijk te gaan kijken op de boerderij.”
  4. Zelf ben  ik tijdens de oorlog niet in Nieuw Vennep geweest. Voordat de L.O. in Nieuw Vennep op poten stond  leverden wij vanuit Renkum de bonkaarten. Mijn zus Maria heeft eens een pak gebracht naar Nieuw Vennep. Later nam Cor van Stam de zorg voor de bonkaarten over.
  5. In een later stadium zat oom Hannes ondergedoken in Bennekom en vermoedelijk heeft Metje daar bonkaarten heen gebracht. Naar mijn herinnering is ze nooit bij ons in Renkum geweest.
  6. Als oom Hannes bij ons kwam ging hij meestal dezelfde dag weer verder; een enkele keer heeft hij een nacht bij ons gelogeerd.

 

 

Op de vragen 7-10 en 12 weet ik het antwoord niet. Om veiligheidsredenen vertelden we elkaar zo min mogelijk.

Wel weet ik (vraag 11) dat oom H. in Wageningen in het ziekenhuis heeft gelegen wegens longontsteking en dat was toen gevaarlijker dan nu. (antibiotica bestond nog niet; RS)

Zeker stonden er vele anderen in onze regio in contact met oom H. Nogmaals, vanwege de veiligheid vertelde je elkaar zo min mogelijk. Voor zover ik wel namen weet gaat het om inmiddels overledenen. Ook Hesseling in Doorn is overleden.

In ons gezin was oom H. vanwege zijn verzet een gewaardeerde bondgenoot en gast (14).

Op de familie Bogaard kijk ik terug met veel respect. (15).

 

                                                                                                          Johan M. Snoek.

 

Oom Hannes wordt ook genoemd op de pagina's 

JMS 16

FK 02b dN verhalen gen VI

FK 09e Verweven levens

Boerderij familie Blokland in Hoornaar

de boerderij van de fam. Blokland in Hoornaar waar oom Wim (Wim Snoek geb 1922) ondergedoken zat en hij gearresteerd is. bron: archief Johan Snoek geb 1920